Rog

Roggen zijn kraakbeenvissen die horen tot de familie van rogachtigen, en niet tot de platvissen. Net als haaien hebben ze geen graten. Ze hebben een erg lage voortplantingscapaciteit, vooral in vergelijking met andere vissoorten. Waar andere vissen vaak duizend tot honderdduizenden eieren produceren, legt een rog slechts tien tot honderd eieren per jaar. Na de bevruchting leggen vrouwtjes hun eikapsels op de zeebodem, waar ze enkele maanden later uitkomen. Deze lage voortplantingscapaciteit maakt hen erg kwetsbaar voor de visserij. Ongeveer één derde van de kraakbeenvissoorten die in Europese wateren leeft, is met uitsterven bedreigd. Volgens de IROZ zijn de bestanden van de vleet in de Noordzee en ten westen van de Britse eilanden al uitgeput, net als de bestanden van de witte rog ten westen van de Britse Eilanden.

In het Noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee komen ongeveer 36 soorten roggen voor. Afhankelijk van de soort kunnen ze van 30cm tot 5m lang worden. De meeste roggen zijn echter tussen 80cm en 110cm groot en wegen ca. 10kg. Alle roggen hebben een typische roggevorm: hun kop, lichaam en sterk vergrote borstvinnen vormen samen een platgedrukte ruit of schijf. Sommige soorten hebben stekels en doorntjes op hun huid, die ook in rijen op hun tamelijk smalle staart kunnen staan. Enkel hun vleugels en kleine delen van de staart zijn eetbaar. Roggen worden ook wel “de vogels van de zee” genoemd. Ze leven voornamelijk op de zeebodem en hebben een voorkeur voor een zanderige of leemachtige bodem.

Roggen hebben een lichtgroene tot vaalbruin-grijze rugzijde, al dan niet met witte of donkere plekken. Hun buikzijde heeft meestal een witte kleur. De huid van de niet-gladde soorten zijn niet bedekt met schubben, maar met huidtanden, die met een harde emaillaag bedekt zijn. Hun ogen zitten op de rugzijde, met vlak daarachter de spuitgaten. Die gebruiken ze om zuurstofhoudend water binnen te zuigen, wanneer de roggen half ingegraven in het zand op een prooi loeren. Hun bek en kieuwen zitten aan de onderzijde van de rog.

Duurzaamheid:

Er zijn geen certificaties beschikbaar voor rog en de toestand van de visserij verschilt sterk van vangstgebied tot vangstgebied.

In de keuken:

Versheid is erg belangrijk bij rog! Van de meeste roggen worden enkel de goed ontwikkelde borstvinnen gebruikt voor consumptie. Deze roggenvleugels worden meestal gevild en vers of diepgevroren verhandeld. Eens de vleugels gevild zijn, ziet men een doorschijnend, rozig, lang-dradig visvlees met een heel specifieke geur. Het visvlees van de rog is stevig en eerder zoetig van smaak.

Rog is een echte delicatesse wanneer gepocheerd en geserveerd met gesmolten boter en kappertjes. Rog kan ook gestoofd, gebakken, gepocheerd of koud bereid worden. In de fijnere keuken vindt men rog vaak terug in de vorm van filets.

Tip:marineer de vis ongeveer 2 uur in een mengsel van water, citroensap en melk om de smaak van rog te verbeteren.

Informatie

Commerciële naam
Rog
Wetenschappelijke naam
Raja spp.
Herkomst
Noordoosten van Atlantische oceaan, Noordzee
Productiemethode
Trawlnetten
Vangstseizoen
Juni tot en met maart
Beschikbaar als
Vers en diepvries
Beschikbare formaten
Vleugel: panklaar, filet, portie